skipToContentskipToFooter

24-04-2019  Veel, heel veel, goederen worden per container vervoerd. ICC Incoterms® 2020-condities als FOB en CFR of CIF zijn daarvoor geen goede keuze.

Bedrijven vragen vaak waarom het onverstandig is om de door hen geliefde ‘FOBs’ en ‘CIFs’ in koopovereenkomsten op te nemen. De Internationale Kamer van Koophandel (ICC) heeft deze ICC Incoterms® 2020 naar het laatste deel van het boekje Incoterms® 2010 verbannen. In deze bijdrage zal ik een aantal redenen uiteen zetten waarom deze ICC Incoterms® 2020 beter niet overeengekomen zouden moeten worden als goederen in containers worden vervoerd.

De ICC Incoterms® 2020 Free On Board (FOB), Cost and FReight (CFR) en Cost Insurance Freight (CIF) zijn ICC Incoterms® 2020 die in een koopovereenkomst opgenomen kunnen worden wanneer de goederen over water vervoerd zullen worden. Het vervoer van goederen over water van en naar Nederland vindt in verhouding veel plaats: bijna de helft gaat via de zee- en binnenvaart. Dat verklaart natuurlijk ook waarom deze ICC Incoterms® 2020 zo veel gebruikt worden.

Het probleem zit hem in de wijze waarop de goederen worden vervoerd: per container of niet. Wanneer containers worden gebruikt, dan zijn een aantal verplichtingen van de verkoper en koper niet goed te combineren met de ICC Incoterms® 2020-regels FOB, CFR en CIF. Om de problemen te kunnen begrijpen, is het nader bekijken van de hoofdverplichtingen bij deze ICC Incoterms® 2020 van belang.

De hoofdverplichtingen van de FOB, CFR en CIF

Wat niet iedereen weet, is dat de ICC Incoterms® 2020 FOB, CFR en CIF aan elkaar gerelateerd zijn. De basis voor deze drie ICC Incoterms® 2020 is FOB. De ICC Incoterms® 2020-condities CFR en CIF zijn dus in de basis FOB, met nog wat extra verplichtingen. Om dit uit te leggen worden hieronder eerst de hoofdverplichtingen bij FOB aan de hand van een voorbeeld toegelicht.

De hoofdverplichtingen bij ‘FOB Rotterdam 2010’ worden als volgt over een Nederlandse verkoper uit Arnhem en een Amerikaanse koper uit de staat Connecticut verdeeld:

  1. Kosten vervoer: de verkoper betaalt het voorvervoer tot aan Rotterdam. De koper betaalt het hoofdvervoer Rotterdam-New York en het na-vervoer naar Norwalk, Connecticut.
  2. Levering van de goederen: de verkoper levert de goederen conform de vereisten van de overeenkomst aan boord van het schip in Rotterdam (en voorkomt zo wanprestatie ten opzichte van de koper).
  3. Het risico voor verlies van en schade aan de goederen gaat over op de koper op het moment van leveren.
  4. De verkoper heeft geen verplichting om de goederen tijdens het transport te verzekeren. De partijen weten over welke trajecten zij risico dragen en het is dan ook aan hen om de goederen wel of niet te verzekeren.

Problemen

Er zijn bij FOB twee problemen die zich kunnen voordoen bij het vervoer van goederen via containers. De verkoper kan tegenover de koper niet aantonen dat de goederen in goede conditie op het schip in Rotterdam zijn geleverd omdat de containers al op een eerder moment worden geseald en niet meer mogen worden geopend voor een keuring. Slechts de douane kan gesealde containers openen om te controleren of er geen drugs of andere verboden zaken in de containers verstopt zit. Hierdoor kan er zich ook een probleem voordoen wanneer de koper een beroep op zijn verzekering wil doen bij schade aan de goederen. De uitkering kan worden geweigerd omdat de koper niet kan aantonen dat de schade na Rotterdam is ingetreden. Bij een CFR New York en CIF New York gelden dezelfde problemen omdat deze ICC Incoterms® 2020 grotendeels hetzelfde zijn als FOB Rotterdam. De verzekering, waar de koper bij de CIF een beroep op zou willen doen, wordt dan door de verkoper betaald. Maar de koper zal het antwoord op de vraag van deze verzekering net zo schuldig moeten blijven als bij een FOB: waren de goederen in Rotterdam in goede conditie geladen of niet?

Welke ICC Incoterms® 2020 dan wel?

Voor het vervoer van goederen in containers is de oplossing om bij een Less Container Load (wanneer geen hele container wordt geboekt) achter een FCA-conditie het adres op te nemen waar de goederen van de diverse verladers worden verzameld in een container. Een inspectie van de goederen kan plaats vinden voordat de containers worden geseald, waarmee de verkoper kan aantonen dat de goederen in juiste staat zijn geleverd. Is de verkoper bereid om ook het hoofvervoer te betalen dan kan CPT of CIP New York worden overeengekomen. De levering en risico-overgang bij deze ICC Incoterms® 2020 vinden echter in Nederland bij de eerste vervoerder (!) plaats. Ook dan kunnen de goederen voor het sluiten van de container worden geïnspecteerd. Bovendien betaalt de verkoper bij CIP New York de verzekering over het voor- en hoofdvervoer tot aan de Big Apple. Discussies met de verzekeraar worden dan vermeden: het inspectierapport toont aan dat de goederen in goede conditie met de eerste vervoerder zijn meegegeven, dus case (of beter gezegd: container) closed.

Dit artikel is eerder gepubliceerd in globe magazine en geschreven door Sonja van Hall. Sonja is hoofddocent internationaal recht op de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, gastdocent bij Universiteit van Amsterdam, eigenaar van het juridisch adviesbureau Jurimpex en gastdocent bij evofenedex.

Cursus ICC Incoterms® 2020

De verantwoordelijkheden voor zowel de leverancier als de ontvanger lopen per ICC Incoterms® 2020-conditie zeer uiteen. Waar begint de verantwoordelijkheid van de koper en eindigt die van de verkoper? Onze cursussen en opleidingen ICC Incoterms® 2020 zijn geschikt voor verschillende niveau's en helpen je de juiste ICC Incoterms® 2020 keuze te maken.