Etikettering en kenmerking van colli
Het UN-nummer, met inbegrip van de letters ‘UN’, moet minstens 12 mm hoog zijn. Op verpakkingen met maximaal 30 liter capaciteit of 30 kg netto massa en cilinders met 60 liter watercapaciteit, moet de afmeting minstens 6 mm hoog zijn. Op verpakkingen met een inhoud van maximaal 5 liter of 5 kg moet de tekst van een geschikte (leesbare) afmeting zijn. De onderstaande informatie is bijgewerkt aan de hand van ons onderzoek naar de verzending van consumentenproducten met gevaarlijke stoffen. Hieronder lees je meer over de ADR-regelgeving voor etikettering.
Gevaarsetiketten geven met een symbool het gevaar van een stof aan. Als een stof verschillende gevaarseigenschappen heeft, kan de verpakking zijn voorzien van meerdere gevaarsetiketten. In kolom (5) van tabel A in hoofdstuk 3.2 van het ADR staat welk etiket gebruikt moet worden. Zie de etiketten onder aan deze pagina.
Cilinders en verpakkingen met meer dan 5 liter of 5 kg milieugevaarlijke stoffen moeten (tevens) worden gekenmerkt met het zogenaamde ‘dode vis/boom-symbool’. Zie hiervoor ADR 5.2.1.8.3.

Gevaarsetiketten en het milieugevaarlijk kenmerk zijn ruitvormig met zijden van 100 mm. Ze moeten op 5 mm van de rand zijn omlijnd, tenzij ze zijn aangebracht op een contrasterende achtergrond. In de onderste helft van het gevaarsetiket moet een cijfer staan dat overeenkomt met de gevarenklasse.
Het behandelingsetiket ‘deze kant boven’ geeft met pijlen aan welke kant van de verpakking boven moet worden gehouden en is verplicht op (zie ADR 5.2.1.10.1):
- samengestelde verpakkingen met binnenverpakkingen die vloeistoffen bevatten;
- enkelvoudige verpakkingen die voorzien zijn van ontluchtingsinrichtingen;
- cryo-houders voor het vervoer van sterk gekoelde, vloeibaar gemaakte gassen.

Etiketten en het milieugevaarlijk kenmerk mogen worden verkleind als de afmeting van de verpakking dit noodzakelijk maakt, onder voorwaarde dat ze duidelijk zichtbaar blijven.
IBC's
IBC’s (intermediate bulk containers) met een inhoud van meer dan 450 liter moeten op twee tegenovergestelde zijden voorzien zijn van het UN-nummer, gevaarsetiketten/kenmerken.
Limited quantities
Op verpakkingen met gevaarlijke stoffen in limited quantities (gelimiteerde hoeveelheden) hoeft geen gevaarsetiket, maar overeenkomstig ADR-hoofdstuk 3.4.7 een ruitvormig etiket met zijden van 100 mm, een zwarte boven- en onderpunt en een witte rand in het midden.

Excepted quantities
Op verpakkingen met gevaarlijke stoffen in excepted quantities overeenkomstig ADR-hoofdstuk 3.5 moet een vierkant etiket met zijden van ten minste 100 mm zijn aangebracht met daarin:
- de letter "E" in een cirkel;
- het nummer van het etiket van het hoofdgevaar;
- de naam van de afzender of de geadresseerde, tenzij deze elders op de verpakking staat.

Oververpakking
Als een extra oververpakking wordt gebruikt (zoals een omdoos, krat of pallet), dan moet hierop alle UN-nummers, gevaarsetiketten en kenmerken worden aangebracht, die op de verpakkingen in de oververpakking staan, alsmede het opschrift ‘oververpakking, tenzij de UN-nummers, gevaarsetiketten en kenmerken aan de buitenkant van de oververpakking duidelijk zichtbaar zijn.
Het opschrift ‘oververpakking’ moet in de taal van het land van afzending en tevens in het Engels, Frans of Duits. Voor transporten binnen Nederland is één taal toegestaan, met de keuze uit Nederlands, Engels, Frans of Duits. Het opschrift ‘Oververpakking’ moet een hoogte hebben van minimaal 12 mm.
ADR etiketten
GEVAAR VAN KLASSE 1 |
Ontplofbare stoffen of voorwerpen |
Bijzonderheden |
(Nr. 1) Subklassen 1.1, 1.2 en 1.3 |
Symbool (exploderende bom): zwart; achtergrond: oranje; cijfer “1” in de benedenhoek |
** Vermelding van de subklassen — geen vermelding indien de explosieve eigenschap het bijkomend gevaar is.
*Vermelding van de compatibiliteitsgroep — geen vermelding indien de explosieve eigenschap het bijkomend gevaar is |
( Nr. 1.4) Subklasse 1.4 |
Achtergrond: oranje; cijfers: zwart, deze moeten ca. 30 mm hoog en en ca. 5 mm dik zijn (voor een etiket van 100 x 100 mm); cijfer “1” in de benedenhoek; |
|
(Nr. 1.5.) Subklasse 1.5 |
Achtergrond: oranje; cijfers: zwart, deze moeten ca. 30 mm hoog en en ca. 5 mm dik zijn (voor een etiket van 100 x 100 mm); cijfer “1” in de benedenhoek; |
|
(Nr. 1.6) Subklasse 1.6 |
Achtergrond: oranje; cijfers: zwart, deze moeten ca. 30 mm hoog en en ca. 5 mm dik zijn (voor een etiket van 100 x 100 mm); cijfer “1” in de benedenhoek; |
GEVAAR VAN KLASSE 2 |
Gassen |
Bijzonderheden |
(Nr. 2.1) |
Brandbare gassen
Symbool (vlam): zwart of wit (uitgezonderd het bepaalde in 5.2.2.2.1.6 d)); achtergrond: rood; cijfer “2” in de benedenhoek |
- |
(Nr. 2.2) |
Niet brandbare, niet giftige gassen
Symbool (gasfles): zwart of wit; achtergrond: groen; cijfer “2” in de benedenhoek |
- |
(Nr. 2.3) |
Giftige gassen
Symbool (doodshoofd met gekruiste beenderen): zwart; achtergrond: wit; cijfer “2” in de benedenhoek |
- |
GEVAAR VAN KLASSE 3 |
Brandbare vloeistoffen |
Bijzonderheden |
(Nr. 3) |
Symbool (vlam): zwart of wit; achtergrond: rood; cijfer “3” in de benedenhoek |
|
Gevaar van klasse 4 |
|
Bijzonderheden |
(Nr. 4.1) |
Symbool (vlam): zwart; achtergrond: wit met zeven verticale rode strepen; cijfer “4” in de benedenhoek |
Gevaar van klasse 4.1: Brandbare vaste stoffen, zelfontledende stoffen, polymeriserende stoffen en vaste ontplofbare stoffen in niet explosieve toestand |
(Nr. 4.2) |
Symbool (vlam): zwart; achtergrond: bovenste helft wit, onderste helft rood; cijfer “4” in de benedenhoek |
Gevaar van klasse 4.2: Voor zelfontbranding vatbare stoffen |
(Nr. 4.3) |
Symbool (vlam): zwart of wit; achtergrond: blauw; cijfer “4” in de benedenhoek |
Gevaar van klasse 4.3: Stoffen, die in contact met water brandbare gassen ontwikkelen |
GEVAAR VAN KLASSE 5 |
|
Bijzonderheden |
(Nr. 5.1) |
Symbool (vlam boven een cirkel): zwart; achtergrond: geel; cijfer “5.1” in de benedenhoek |
Gevaar van klasse 5.1 Oxiderende stoffen |
(Nr 5.2)
|
Symbool (vlam): zwart of wit; achtergrond: bovenste helft rood, onderste helft geel; cijfer “5.2” in de benedenhoek |
Gevaar van klasse 5.2 Organische peroxiden
|
Gevaar van klasse 6 |
|
Bijzonderheden |
(Nr. 6.1) |
Symbool (doodshoofd) en gekruiste beenderen): zwart; achtergrond: wit; cijfer “6” in de benedenhoek |
Gevaar van klasse 6.1 Giftige stoffen |
(Nr. 6.2) |
De onderste helft van het etiket mag zijn voorzien van de opschriften “INFECTUEUZE STOF” en “BIJ BESCHADIGING OF LEKKAGE ONMIDDELLIJK DE AUTORITEIT VOOR DE VOLKSGEZONDHEID INLICHTEN”; symbool (drie sikkels op een cirkel) en opschriften: zwart; achtergrond: wit; cijfer “6” in de benedenhoek |
Gevaar van klasse 6.2 Infectueuze stoffen
|
GEVAAR VAN KLASSE 7 |
Radioactieve stoffen |
Bijzonderheden |
(NR. 7A) |
Categorie I – Wit Symbool (klaverblad): zwart; achtergrond: wit; (voorgeschreven) tekst: zwart op de onderste helft van het etiket: “RADIOACTIVE” “CONTENTS….” “ACTIVITY…..” |
Het woord “RADIOACTIVE” wordt gevolgd door één rode verticale streep; cijfer “7” in de benedenhoek |
Links: (Nr. 7B) |
Categorie II – Geel Symbool (klaverblad): zwart; achtergrond: bovenste helft geel met witte rand, onderste helft wit; (voorgeschreven) tekst: zwart op de onderste helft van het etiket: “RADIOACTIVE” “CONTENTS….” “ACTIVITY…..” |
In een zwart omlijnd rechthoekig veld: “TRANSPORT INDEX”
Het woord “RADIOACTIVE” wordt gevolgd door twee rode verticale strepen; cijfer “7” in de benedenhoek |
Rechts: (Nr. 7C) |
Categorie III – Geel Symbool (klaverblad): zwart; achtergrond: bovenste helft geel met witte rand, onderste helft wit; (voorgeschreven) tekst: zwart op de onderste helft van het etiket: “RADIOACTIVE” “CONTENTS….” “ACTIVITY…..” |
In een zwart omlijnd rechthoekig veld: “TRANSPORT INDEX”
Het woord “RADIOACTIVE” wordt gevolgd door drie rode verticale strepen; cijfer “7” in de benedenhoek |
(Nr. 7E) |
Achtergrond: wit; (voorgeschreven) tekst: zwart op de bovenste helft van het etiket: “FISSILE” In een zwart omlijnd rechthoekig veld op de onderste helft van het etiket: “CRITICALITY SAFETY INDEX”; cijfer “7” in de benedenhoek |
Splijtbare stoffen van Klasse 7 |
GEVAAR VAN KLASSE 8 |
Bijtende stoffen |
Bijzonderheden |
(Nr. 8) |
Symbool (twee reageerbuisjes waaruit druppels vallen die een hand en metaal aantasten): zwart; achtergrond: bovenste helft wit; onderste helft zwart met witte rand; cijfer “8” in de benedenhoek |
- |
GEVAAR VAN KLASSE 9 |
Diverse gevaarlijke stoffen en voorwerpen |
Bijzonderheden |
(Nr. 9) |
Symbool (zeven verticale strepen op de bovenste helft): zwart; achtergrond: wit; onderstreept cijfer “9” in de benedenhoek |
- |
(Nr. 9A) |
Symbool (zeven verticale zwarte strepen in bovenste helft; in onderste helft verzameling batterijen, waarvan er een beschadigd is en in brand staat): zwart; achtergrond: wit; cijfer “9” onderstreept in benedenhoek. |
- |
Download ADR etiketten
Gerelateerde actualiteiten
Ook relevant voor jou
-
Lithium batterijen scan
Nieuw!Dienst
Meer informatie -
ADR certificaat basis + tank + klasse 1 + klasse 7
Opleiding – 5 dagen | vanaf € 899,00 ex. BTW
Meer informatie -
Werkinstructies ADR
Dienst
Meer informatie -
Veiligheidsadviseur vervoer gevaarlijke stoffen
Dienst
Meer informatie -
Scan Gevaarlijke Stoffen
Dienst
Meer informatie

Vragen over gevaarlijke stoffen?
Marjolein en de andere ledenadviseurs helpen je graag verder