skipToContentskipToFooter

Bedrijven die een vrachtauto of bestelauto gebruiken om daarmee het transport van de eigen goederen te verrichten, zijn volgens de wet eigen vervoerders. Bij eigen vervoer is een vergunning voor beroepsvervoer (Eurovergunning of binnenlandse vergunning) niet verplicht, bij beroepsgoederenvervoer wel. Eigen vervoer moet wel kunnen worden aangetoond aan controlerende instanties, zoals de politie, Inspectie Leefomgeving en Transport of buitenlandse controlerende instanties. Een transportvergunning of ritmachtiging is buiten de EU ook voor eigen vervoer soms verplicht.

Uitleg van de regelgeving

De Wet wegvervoer goederen (Wwg) regelt het vervoer van goederen met een vrachtauto. Bedrijven moeten voldoen aan wettelijke eisen om goederen met een vrachtauto te mogen vervoeren. De eisen zijn vastgelegd in deze wet en maakt onderscheid tussen:

  • vervoer van goederen ten behoeve van of afkomstig uit het eigen bedrijf (eigen vervoer)
  • vervoer van goederen in opdracht van derden tegen vergoeding (beroepsgoederenvervoer)

Volgens de Wwg is een vrachtauto een motorrijtuig, motorrijtuig met aanhangwagen, of een samenstel van motorrijtuig met oplegger, ingericht voor goederenvervoer. De wet is daarmee van toepassing op vervoer met onder andere:

  • bestel- of vrachtauto’s
  • combinaties van personen-, bestel- of vrachtauto’s met een aanhangwagen of oplegger
  • tractoren en aanhangwagens achter tractoren
  • aanhangwagens achter interntransportmaterieel zoals heftrucks

Voorwaarden daarbij zijn dat de voertuigen zijn ingericht voor goederenvervoer en dat het laadvermogen van het motorrijtuig inclusief dat van de aanhangwagen of oplegger meer is dan 500 kg.

Uitbreiding en beperking

  • De Wet wegvervoer goederen (Wwg) geldt niet alleen bij het vervoer van goederen, maar ook voor lege ritten en bij het laden en lossen.
  • De wet is niet van toepassing op vervoer met een vrachtauto met een laadvermogen van niet meer dan 500 kg en voor privévervoer (vervoer voor niet -commerciële doeleinden).
  • Ook zijn er vormen van vervoer waarvoor een vergunning voor beroepsvervoer (Eurovergunning of binnenlandse vergunning) niet nodig is.

Concernvervoer

Vervoer door een eigen vervoerder voor een ander bedrijf van hetzelfde concern wordt buiten Nederland aangemerkt als beroepsvervoer. Hiervoor is een vergunning voor beroepsvervoer (Eurovergunning) nodig. In Nederland is eigen vervoer voor de werkmaatschappijen van hetzelfde concern in principe wel mogelijk, omdat sprake is van vervoer voor eigen rekening. Voorwaarde is dat het vervoerende bedrijf en het bedrijf waarvoor wordt vervoerd deel uitmaken van dezelfde fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting of voor de omzetbelasting als één onderneming worden aangemerkt.

Landbouwvervoer

Ook het vervoer met een tractor (met aanhangwagen) valt onder de Wet wegvervoer goederen. Landbouwvervoer door de landbouwer zelf is eigen vervoer. Vervoer door derden is beroepsvervoer, maar is niet gebonden aan een vergunning als dat vervoer plaatsvindt:

  • rechtstreeks ten behoeve van een landbouwbedrijf en
  • onmiddellijk vooraf gaat aan of volgt op, en
  • in direct verband staat met de uitvoering van landbouwwerkzaamheden (vervoer door een loonwerker).

Economisch delict

Let op: Wanneer een eigen vervoerder goederen van derden vervoert, zonder in het bezit te zijn van een beroepsgoederenvergunning, pleegt de eigen vervoerder een economisch delict. Hier staan strenge sancties op.

Vragen over vervoer?

Ricky en zijn collega's helpen je graag verder

evofenedex vervoer