Zes vragen over het Mercosur-verdrag
Leestijd: 3 minuten
Handelsverdrag combineert economische voordelen met aandacht voor duurzaamheid
07-05-2025 Na 25 jaar onderhandelen bereikten de Europese Unie en de Mercosur-landen Brazilië, Argentinië, Uruguay en Paraguay in december 2024 een handelsakkoord. Hoewel dit nog goedgekeurd moet worden door het Europees Parlement en de lidstaten, biedt het verdrag volgens evofenedex grote kansen. In een tijd waarin Europa betrouwbare handelspartners harder nodig heeft dan ooit, combineert dit verdrag economische voordelen met aandacht voor duurzaamheid.
Voor Nederland is een open, eerlijke en duurzame wereldhandel van essentieel belang. Ongeveer 30 tot 35 procent van het bruto nationaal product komt voort uit internationale handel, goed voor een evenredig deel van de werkgelegenheid. Deze sterke cijfers zijn mede te danken aan handelsverdragen van de Europese Unie (EU), die bedrijven betere toegang geven tot buitenlandse markten. Zakendoen met Mercosur-landen is nu nog ingewikkeld vanwege invoertarieven, douaneprocedures en uiteenlopende regelgeving. Dankzij dit akkoord wordt dat een stuk eenvoudiger. Tegelijkertijd zijn er ook vragen en zorgen over de gevolgen van het verdrag. Daarom gaan we in op zes veelgestelde vragen. Naar verwachting geeft het Nederlandse kabinet vóór de zomer zijn standpunt over steun aan het verdrag.
1. Zorgt het verdrag ervoor dat de EU beter toegang krijgt tot kritieke grondstoffen?
Ja. Dankzij lagere importtarieven kunnen Europese bedrijven een betere prijs bieden voor metalen en mineralen, zoals die nodig zijn voor batterijen, zonnepanelen en medicijnen. Daarnaast vervallen exportheffingen in de deelnemende Mercosur-landen (in het geval van Brazilië blijven deze onder voorwaarden toegestaan). De verwachting is dat hierdoor meer grondstoffen vanuit deze regio naar Europa stromen. Bovendien maakt het verdrag het voor Europese bedrijven eenvoudiger te investeren in grondstoffenwinning en -verwerking in de Mercosur-regio. Zo ontstaat meer grip op de toeleveringsketen richting Europa. Ook het afschaffen van tariefescalatie stimuleert de handel in producten met hogere toegevoegde waarde.
2. Hoe wordt de positie van belanghebbenden bij geschillen meegewogen?
Voor geschillen wordt een onafhankelijk panel van experts ingeschakeld via een zogenoemd Dispute Settlement Mechanism (DSM). Hierdoor voorkom je dat nationale rechtsregels van één partij zwaarder wegen dan die van een andere. De burgermaatschappij, inclusief vakbonden, non-gouvernementele en werkgeverorganisaties, krijgt hierbij ook een stem.
3. Komt de positie van vakbonden onder druk te staan?
Nee. Het verdrag beschermt bestaande arbeidsrechten en verplicht alle partijen zich te houden aan de normen van de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO). Denk aan het verbod op kinder- en dwangarbeid, het recht op vakbondsvrijheid en collectieve onderhandelingen, en veilige arbeidsomstandigheden.
4. Heeft het verdrag negatieve gevolgen voor kleine boeren?
Voor de import uit Mercosur-landen geldt dat handelsverdragen het voor kleine producenten juist makkelijker maken om te exporteren dankzij minder administratieve belemmeringen. Voor rund- en varkensvlees, gevogelte, suiker en zuivel zijn quota ingesteld. Volgens de Rabobank zijn deze volumes klein ten opzichte van de totale Europese consumptie. Voor rundvlees kan dit enige concurrentie betekenen, maar gezien het afnemende binnenlandse aanbod, kan extra import juist bijdragen aan prijsstabiliteit. Daarbij is Nederland zelf een grote exporteur van vlees, en profiteert dus van wederzijdse handelsvoordelen.
Voor de export verdwijnen veel tarieven op producten zoals wijn, olijfolie, bevroren aardappelen, chocolade, koekjes en varkensvlees. Voor kaas en melkpoeder gelden lagere tarieven binnen quota. Vooral in Brazilië is de vraag naar melkpoeder groot. In veel gevallen zijn de geëxporteerde producten bovendien uniek voor Europa en vormen ze dus geen directe bedreiging voor lokale boeren.
5. Stimuleert het verdrag het gebruik van single-use-plastics?
Nee. De EU heeft al wetgeving aangenomen die vanaf 2030 vrijwel alle single-use -plasticproducten verbiedt, ook bij geïmporteerde goederen. Het verdrag verandert daar niets aan.
6. Staat het verdrag het gebruik toe van pesticiden die in de EU verboden zijn?
Alle producten die op de Europese markt komen moeten voldoen aan EU-standaarden voor de bescherming van mens, dier en milieu. Hoewel het verdrag geen specifieke regels bevat over het gebruik van pesticiden, behoudt de EU wel het recht om grenswaarden voor residuen vast te stellen. Dit geeft Europese landen controle.
Waarom evofenedex zich inzet voor dit verdrag
evofenedex ziet het EU-Mercosur-verdrag als een belangrijke stap vooruit voor de Nederlandse economie. Het biedt kansen voor handelsgroei, versterkt de strategische autonomie van Europa en draagt bij aan verduurzaming van internationale ketens. Juist in een wereld waarin handelsrelaties onder druk staan, is het van groot belang dat je als ondernemer kunt rekenen op betrouwbare partners en eerlijke markttoegang. Daarom zetten wij ons actief in om het kabinet en Tweede Kamer te overtuigen van de voordelen van dit verdrag, zodat Nederland vol vertrouwen kan instemmen. Zo zorgen we samen voor een toekomstbestendige internationale handel.
Gerelateerde nieuwsberichten
CPB: VS blijven meer goederen importeren
25 april 2025
evofenedex roept Tweede Kamer op Omnibuspakket te steunen
23 april 2025
Trends in Export: groei lijkt niet langer vanzelfsprekend
10 april 2025
Nederland grootste EU-importeur van goederen uit Mercosur-landen
28 maart 2025
ING: impact autoheffingen VS op Nederland 230 miljoen euro
28 maart 2025
CPB: VS importeren meer goederen
25 maart 2025
Europees actieplan staal en metalen heeft grote gevolgen voor handel en logistiek
24 maart 2025
Brussel stelt importheffingen op Amerikaanse producten uit tot medio april
21 maart 2025
Trends in Export 2025: van instinct naar inzicht
20 maart 2025